Beheren van een toetsenbank

Het Onderwijsbureau Van Niekerk beheert een elektronische toetsenbank. Met behulp van deze geautomatiseerde toetsenbank worden cognitieve vaardigheden getoetst. Dit is de voorwaardelijke fase van het vaardigheidsonderwijs. De toetsenbank kan hierbij worden gebruikt als "voortgangscontrole".

De vragen van toetsenbank zijn niet alleen maar voorwaardelijke vragen. Veel vragen van de toetsenbank kunnen ook voor externe legitimering in aanmerking komen. Deze vragen kunnen gekoppeld worden aan de eindtermen van de deelkwalificaties.

Voor de vragen van de toetsenbank kan de taxonomieschaal van Romiszowski worden gehanteerd:
Kennisvragen (c):
  • de feitelijke kennis (F);
  • de begripsmatige kennis (B).
De cognitieve vragen zijn meestal reproductief (R) van aard.

Cognitieve vaardigheidsvragen; deze vragen bestaan uit een korte situatieschets uit de beroepspraktijkvorming met bijbehorende vragen.
De vragen kunnen interactief (i) en reactief (r) van karakter zijn.
De cognitieve vaardigheidsvragen zijn meestal productief (P) van aard.
De ongeveer 10.000 vragen van de toetsenbank gaan dus over alle taxonomiecodes van Romiszowski.

De toetsenbank kan ook worden gebruikt als onderdeel van een elektronische leeromgeving voor zelfstudie voor bedrijven en educatieve instellingen via het Intranet/ Internet.

Uitgangspunten voor het gebruik van de toetsenbank zijn:
De vragen kunnen in bibliotheken worden geclusterd aan de hand van:
Het Onderwijsbureau Van Niekerk beheert een toetsenbank, bestaande uit ruim tienduizend vragen voor niveau 1, 2, 3 en 4 voor Verpleging en Verzorging. Ook andere sectoren, bijvoorbeeld Welzijn, Dienstverlening en Voeding kunnen gebruik maken van de toetsenbank.



Le Penseur